Kortrijk, 2 mei 2020
Beste Herman,
Ik heb zojuist een LP (een langspeelplaat dus) met de eerste cantate van Johann Sebastian Bach opgelegd en kan in deze uitzonderlijke tijden alleen maar beamen wat in het aanvangskoor wordt gezongen: Wie schön leuchtet der Morgenstern.. Echt een heerlijke cantate.
Als het nog vroeg in de morgen is springen de speelse vogels heen en weer in de boom in de hof, waar ik nu zelfs de bladeren mee zie wiegen op de heerlijke muziek.
Wij wonen niet ver van de autostrade en waar op andere dagen het geluid van voorbij vlammende auto’s onophoudelijk en hard blijft zoemen, horen wij nu de zoete stemmetjes van de kindjes van de buren die roepen dat ze hun poppemieke of hun brandweerwagentje verloren zijn…en dat Fortnite zo raar doet..
In onze straat zelf kwam de laatste weken haast niets of niemand meer voorbij: de weg voor ons huis wordt anders ook gebruikt om kinderen naar school te brengen en waar in normale tijden daardoor files ontstaan is alles nu leeg en verlaten…
En het valt ook op dat de wolken aan de hemel niet meer hoeven te wijken voor vliegtuigen die lange witte strepen in de lucht schilderen.
Wat achter die wolken zit lijkt daardoor duidelijk te worden: na Bach zingen The Beatles even heerlijk, zij het niet over de ware God maar over de al even wonderlijke Lucy in the sky with diamonds.
En nu besef ik het: haar diamantjes schitteren als de kroon op het werk.
Om het in de taal van Julius Caesar te zeggen: Finis corona opus. (hebt u hem)
Wonderlijk toeval toch, nietwaar Herman.
Of om het in de taal van Ovidius te zeggen: Alea iacta est, de ‘Teirlinck’ is geworpen.
Veel groetjes van achter mijn raam, Herman.
En wie zong er ook alweer ‘dat er andere tijden komen’?
Als dat geen heerlijk perspectief is.
Groetjes van Frans Vandewiele