Bij Verschillende Vensters
Door Goedele Krekels, Abdulrahman Menkar, Carmen Boscu, Hazel N. Moyo, Sasha Kumeiko, Javiera

<- Terug

Bij mijn venster zie ik verschillende situaties. Het is raar. Ik zie, bijvoorbeeld, duiven in cirkels vliegen. Ik weet niet naar waar ze gaan. Ik denk dat ze misschien een doel hebben, zoals belangrijke berichten over de oplossing voor het coronavirus sturen, maar dan zegt mijn vriend me dat ze van een buurman zijn die een duivenfokker is en dat ze alleen liefdesbrieven van een buurvrouw naar de buurman brengen. Helaas houdt die buurman alleen maar van zijn duiven. Spijtig.

Wat ik ook zie bij mijn venster, is de zachte ontwikkeling van de lente. Terwijl ik Nederlands studeer op mijn laptop, wordt mijn uitzicht elke dag beter. Mijn raam heeft een ondoorzichtige lijm op de onderste helft. Daarom kon ik vóór de lente alleen maar de elektriciteitskabels van de straat en wat duiven zien. De liefdesboodschappers van een verkeerde liefde. Maar nu kan ik kijken naar een mooie groene boomtop aan de overkant van de straat.

Die groei doet mij nadenken over het mogelijke positieve einde van dit virus dat ons dwingt om thuis te blijven. Ik ben niet het meest getroffen door Corona. Ik vraag me af hoe moeilijk het is om in een ziekenhuis met kunstmatige beademing te overleven. Ik vraag me ook af hoe snel mensen die gezond blijven, maar die hun job verloren hebben, een nieuwe job zullen vinden. Deze situatie doet me ook over mijn familie en vrienden in Chili nadenken en over de onzekerheid over wanneer ik terug naar daar kan gaan. Bovendien ben ik bang dat ze in Chili de winter ingaan en dat de gevolgen van het coronavirus de huidige situatie er zou verergeren.

Voor al deze gedachten, en vele andere die ik niet heb opgeschreven, wil ik geloven dat deze boomtop ons een betere toekomst zal brengen. Ik noem hem daarom onze ‘geluks- en overvloedsboomtop’.

Javiera.


Het is te stil. Het is zo stil dat ik het leven voorbij hoor komen. Zonder het lawaai van twee scholen. Zonder de muziek van het conservatorium die met de tijd beter wordt. Zonder de vrolijke mensen, die in het weekend tot drie uur ’s nachts met hun vrienden staan drinken op de Vismarkt. Zonder alle toeristen die ’s morgens vroeg met hun piepende koffers voorbijlopen. Zonder de buren die lang staan te praten. Het is te stil. Er resten me alleen de Sint-Romboutstoren en de Beiaard, met zijn bekende geluid dat je elk half uur herinnert aan het leven daarbuiten. Zonder de kinderen en tieners die zich ’s morgens naar school haasten. Zonder hun gelach in de middag. Zonder de drukte van hun fietsen die om 16 uur de straat blokkeren. Het is te stil. Zonder de vliegtuigen boven de wolken. Zonder de studenten die bij het kanaal zitten om er te lunchen. Zonder de groepen senioren die nog steeds willen leren. Het is te stil. Zonder de zaterdagmarkt en alle geuren. Zonder de koffie op een caféterras. Zonder het broodje ‘s middags. Zonder de oesters met een glaasje cava. Zonder de gezelligheid van restaurants. Zonder de muziek van bars. Het is te stil.  Zonder de koppels die bloemen naar een feest brengen. Zonder de kleinkinderen die hun grootouders bezoeken. Het is te stil. Er blijven alleen de Sint-Romboutstoren en de Beiaard, met zijn bekende geluid dat je elk half uur herinnert aan het leven daarbuiten. Met de heldere lentehemel. Met de blaadjes aan de bomen. Met de zon die vaker en vaker schijnt. Met de vogels en hun jongen. Met de bloemen. Met de warmte. Met de onweersbuien. Met de regenbogen. Met de donzige wolken en de sombere horizon. Met de zonsopgangen en de zonsondergangen. Met die vogel die ‘s morgens vroeg wakker wordt en ‘s nachts maar niet in slaap valt. Met vliegen en muggen die je irriteren. Met de maan, die zo helder is. Met de sterren, die met zo veel zijn. Het is nog altijd het leven. Het leven dat tijdelijk te stil is. Met de Sint-Romboutstoren en de Beiaard. En het leven zoals het nu is. 

Sasha Kumeiko


Mijn ogen zijn open maar ze voelen gesloten, en ik sta hier hoopvol, maar het voelt alsof ik in bed lig, levenloos. De bomen hebben ineens nieuwe bladeren en de bloemen zijn aan het bloeien, maar ik kan ze niet aanraken of ruiken, dus het voelt alsof ik droom.
Dus ik probeer me ongebonden te voelen en in plaats daarvan te genieten van mijn ochtendkoffie. De zware geur van de geroosterde Arabische bonen die me helpen mijn dag te beginnen, doet me denken aan houtskool en ik denk aan de slechte kinderen die houtskool krijgen voor Kerstmis.
“We zijn slechte kinderen voor de wereld geweest”, denk ik bij mezelf.
Wij hebben niet alleen de snelheid van de verandering van de seizoenen op de aarde veranderd, maar ook zien wij nu duidelijk hoe natuur gedijt zonder onze aanwezigheid. Giraffen zwerven hoog en vrij rond in Zuid-Afrikaanse buitenwijken en Javiera heeft ons net over de ronddolende poema in Chili verteld. Het nieuws zegt dat onze lucht beter is, maar waarom voelt het alsof we niet kunnen ademen?
Ik verbrand salie en maak mijn eigen lucht schoon terwijl ik dromerig naar de blauwe lucht staar waar nu meer vogels dan vliegtuigen vliegen. Ik drink mijn koffie, verbrand mijn salie en zeg elke dag een gebed, maar ik begin te vergeten waarom ik dit allemaal doe, wanneer ik de hele dag wil slapen. Ik probeer alles te vergeten. Ik wist ook niet dat het mogelijk was om de geur van de trein tijdens het spitsuur te missen of om vast komen te zitten in het verkeer onderweg naar Sint-Niklaas.
Ik ontdekte eindelijk waar de donkere winterwolken naartoe gingen, die op 18 maart op een mysterieuze manier verdwenen; mijn gedachten. Mijn angst vliegt hoger dan die sierlijke vogels en mijn kracht duurt slechts zolang ze in mijn zicht blijven. Ik huil voor mensen die ik nooit heb ontmoet op plaatsen waar ik nooit ben geweest. Ik heb dat altijd gedaan, maar ik heb niet veel afleiding meer behalve mijn venster.

Door mijn venster kan ik blijven dromen en uiteindelijk, in leven blijven.

– Hazel N. Moyo


De pandemie die de wereld heeft veranderd

Ik hou van de natuur en de mensen en daarom kijk ik vaak uit het raam. Alles wat ik te zeggen heb is dat ik geïnteresseerd ben in psychologie, samenzweringen en de manier waarop mensen denken.
Tijdens de coronacrisis veranderde alles in de wereld. Wat samenzweringen betreft, las ik veel nieuws waarvan ik niet zeker weet of het waar is. Sommige mensen denken dat dit virus niet zo gevaarlijk is als de media zeggen. Ondanks dat er veel mensen zijn overleden, vindt niet iedereen het ernstig. Ik las veel opmerkingen waarin mensen zeggen dat dit virus opzettelijk is gemaakt en dat deze hele situatie andere activiteiten verbergt.
Ik ben van mening dat we ons ervan bewust moeten zijn dat dit virus jong, oud, arm of rijk doodt. Vanaf het begin van deze situatie handelden de mensen eerst vanuit hun instinct van angst. Winkelen is bijvoorbeeld een echte wedloop geworden en mensen zijn egoïstisch geworden. Sommigen begrepen dat we elkaar in crisissituaties moeten helpen, maar anderen beseften dit pas later. Maar al die tijd denk ik dat mensen bewuster en beter zijn geworden. Ik was aangenaam verrast door alle ideeën om degenen die tegen het virus vochten te bedanken. Iedereen had meer virtueel contact met familie en vrienden. Dit laat ons zien dat we beter worden en voor de mensen om ons heen zorgen. 
Aan de andere kant zijn het trieste tijden voor gezinnen die een geliefde hebben verloren en die niet bij elkaar konden zijn. Aan de andere kant was het feit dat we in quarantaine waren een positieve zaak voor het milieu. Minder activiteit, minder auto’s op straat en minder vliegtuigverkeer hielpen de CO2-uitstoot te verminderen.
Ik hoop dat dit virus een goede les was voor de mensheid. Ik denk dat we slecht met elkaar en met het milieu omgingen. 
Over hoe ik me deze periode persoonlijk voelde, kan ik zeggen dat ik in het begin een schok had. De straten waren verlaten, de restaurants, de cafés en de gesloten scholen leken wel een horrorfilm. Maar toen ik las over soortgelijke epidemieën die zich in de geschiedenis hebben voorgedaan, begreep ik dat alles in orde zou komen als we de regels volgden.
Ik voelde het gebrek aan direct contact met mensen. Het feit dat we elkaar niet mochten zien of dicht bij elkaar konden komen, was een beetje moeilijker voor mij, ook al was dat voor het welzijn van onze eigen gezondheid en de gezondheid van de mensen om ons heen. Knuffels helpen de hersenen, helpen de mensen en zorgen ervoor dat je je beter voelt, maar dit is momenteel niet mogelijk. Ik denk ook dat we in deze periode verslaafd waren aan technologie en elektriciteit.  Het moet in crisissituaties in het verleden ook heel moeilijk zijn geweest, en toch zijn mensen erin geslaagd om eroverheen te komen.

Mijn mening is dat we de realiteit moeten accepteren, maar toch positief en optimistisch moeten blijven.

Carmen Boscu.


Als ik bij mijn raam sta, zie ik zoals iedereen niemand in mijn straatje en denk ik over wat er in de wereld gebeurd is.

Eigenlijk is het raar want ik hou van het lege straatje.

Ik zit elke nacht bij mijn raam met een kop koffie en ik kijk naar het lege straatje, dat helpt me om rust te vinden. Maar tijdens de lockdown vond ik het lege straatje in de middag niet mooi en voelde ik me niet rustig. 

Ik denk aan veel dingen, aan mijn familie in Turkije, ik wil samen met hen zijn.

Ik dacht na of ik hen nog een keer zou zien of niet en dat was heel hard voor mij.

Hoe erg is de wereld veranderd, waarom gebeurt dit met ons? Iedereen is zich nu bewust van zijn leven. Voor de lockdown was bijna iedereen aan het klagen over zijn leven.

Ik denk dat na de lockdown mensen vriendelijker zullen zijn.

Ik heb veel nagedacht over mezelf, wat er met mij zal gebeuren in de toekomst, als ik besmet ben. Dat was een moeilijke vraag.

Ik heb meer dan gewoonlijk gelezen en geleerd uit boeken, bijvoorbeeld 1984 van George Orwell.

Ik heb mijn land gemist. Ik heb met mijn nonkel daar gesproken, het is heel moeilijk voor hen daar. Zonder corona is het leven daar heel moeilijk en nu is het alleen nog maar moeilijker worden.

De mensen zijn nu behulpzamer, maar de vraag is of ze zo zullen blijven als corona voorbij is. Of worden ze terug zoals voor corona? Hopelijk niet.

Onze natuur is nu beter geworden. Dus ook hier is de vraag: zullen wij meer belang hechten aan onze natuur of zullen we terugkeren naar zoals het was? 

Om af te sluiten wil ik zeggen dat ik zelf veranderd ben en ik wil “hartelijk bedankt” zeggen aan onze dokters en verpleegsters en alle medewerkers.

Abdulrahman Menkar 


Afstandsonderwijs

Ik geef deze uitnodiging met veel plezier door aan mijn gevorderde anderstalige studenten.
Ze krijgen een uur de tijd en ik schrijf zelf mee, terwijl ik beschikbaar blijf voor vragen.

Bij dit venster aan mijn werk-, eet- en allestafel kijk ik uit op een grote bouwwerf. En veel te veel gebouwen die er al stonden. Ik mis ruisende blaadjes en groen. Daarvoor ga ik naar een mooi park in de buurt, zo vaak als ik kan. Godzijdank, er is zelfs lekkere meeneemkoffie!

Er staat een boom met wie ik vriendschap heb gesloten. Onze vriendschap bloeit en ik zal hem voor altijd associëren met Corona. Zijn stam vormt een ideale ruggensteun, een toeverlaat om te zonnen, te rusten, van de koffie te genieten, los te laten, te genieten, mijn ogen te laten rusten na veel te veel schermtijd.

(Gebruiken we een bijzin of inversie na “alsof”?)

Ik ben zeer gelukkig onder die boom. En ongelooflijk dankbaar. De tijd die ik er doorbreng is pure eenvoud, maar ik ervaar hem als grote luxe. Ik ben zo blij dat we überhaupt nog naar buiten mogen! Ik voel me snel als een gekooid dier, mijn lichaam is er een dat wil bewegen, véél bewegen. Ik wil tempo maken met mijn voeten en benen, ik wil mijn gedachten ruimte geven, ik wil geprikkeld en gekalmeerd worden in de buitenlucht.  

(“Met mijn familie”, “bij mijn familie”?)

Het zijn intense tijden die lijken te vragen om bewust te leven. Dat zint me wel, dat gaat me zelfs goed af. Er is veel verbinding mogelijk in dit leven, zelfs al woon ik alleen. Het is net dat besef van kwetsbaarheid dat zo dankbaar doet zijn. Ik ben het gewoon alleen te leven en ik prijs me gelukkig met de verbinding met mezelf. Ik vang gemis op door mijn eigen beste vriend te zijn, ik vang het op met een onmisbare telefoon die het onmisbare gevoel geeft van eindeloze mogelijkheden. Ik vang het op met een boom, ik vang het op met de zon, die zo eerlijk iedereen evenveel troost.  

(“… hoeveel zwak we zijn” of “… hoe zwak we zijn”?)

Ik zet mijn kleine woonoppervlakte vol bloemen. Ik haal ze gulzig binnen, ga ervoor in de rij staan bij een groentewinkel die ze onvoorspelbaar in voorraad heeft. Hun kwetsbaarheid haalt het altijd van hun schoonheid. Net daarom geniet ik er zo van. Een hoogtepunt in Coronatijden met zeer veel werk: bloemen schikken in vazen en vaasjes, buiten op het terras. Ik kwispel daarna uitgelaten, zet een liveconcert op en kan niet anders dan meedansen.  

(Aan mijn studentjes die net als ik meer dan een uur nodig hebben om dit te schrijven: het was gezellig, hè, achter onze microfoons en camera’s? Techniek die lastig doet, een slechte dag waarmee we opstaan, de discipline om vol te houden en constructief verder te doen, dingen die met en rondom ons gebeuren en ons raken, … Schoonheid in kwetsbaarheid. Dankjewel voor jullie menselijkheid, jullie snoeten, jullie slaapkoppen, jullie enthousiaste reactie op mijn enthousiasme, jullie intieme spreekbeurten, jullie vertrouwdheid. We hebben er samen echt het beste van gemaakt. Ik vang het op met jullie.)

Goedele Krekels

<- Terug